Het opwekken van duurzame energie
Het opwekken van duurzame energie vindt plaats in drie Duurzame Energie Installaties. In het kader van ons traject ‘Schoner dan Fossiel’ zijn wij op een van deze locaties, gelegen aan de Dwarsweg 10 te Ede, het afgelopen jaar intensief bezig geweest met het realiseren van één nieuwe Duurzame Energie Installatie waarin al onze beste technieken worden gecombineerd. De bouw van de Duurzame Energie Installatie, achter de reeds bestaande en operationele installatie, is medio 2023 afgerond. Resultaat is een ketelinstallatie (nummer 7) met de nieuwste combinaties van warmterugwinning, rookgasttemperatuurterugwinning als ook rookgasreinigingstechnieken. Dit levert een zeer hoog energierendement op met bijzonder lage emissies.
Vorig jaar zijn we tevens begonnen met de volgende stap, namelijk de omvorming van bestaande Duurzame Energie installaties tot hybride installaties, voor verdere toelichting zie paragraaf4.5. Zo hebben we in april 2022 afscheid genomen van ketel 1 op de Dwarsweg. De ketelinstallatie, die deel uitmaakte van de eerste duurzame energie installatie in Ede gerealiseerd in 2013, is volledig ontmanteld. Volgend jaar (2023) zal de ketel 2 volledig worden omgevormd om ook deze te voorzien van de nieuwste technieken om zo tot een efficiëntere en schonere ketel te komen.
Door de realisatie van een nieuwe houtgestookte ketelinstallatie en het ontmantelen van oudere zijn er momenteel weer zes houtgestookte ketel-installaties opgesteld. De ketel-installaties hebben een vermogen variërend van 3,7 tot 6,2 MWth en vormen nu nog de primaire bron voor het opwekken van de warmte. Om te borgen dat te allen tijde kan worden voldaan aan de warmtevraag, is voorzien in drie backup aardgasgestookte cv-ketels, met een vierde cv-ketel in voorbereiding. Doordat de aankomende jaren ook de overige installaties, gelegen aan de Geerweg 11 en Knuttelweg 10, worden uitgebreid en omgebouwd naar hybride installaties zal de warmteproductie nog schoner en duurzamer worden. Dit is onderstaand aangegeven als: ‘Nieuw na bovenwettelijke maatregelen’ (zie ¶ 4.5 Schoner dan Fossiel). Hierdoor wordt na de aanpassingen aanzienlijk minder NOx (stikstof), SO2 en totaal stof per opgewekte gigajoule warmte geëmitteerd. In 2022 leverden de Duurzame Energie Installaties, door de inzet van biogrondstoffen, aan 21.722 weq warmte, stoom en elektriciteit. Door deze levering werd ruim 13,7 miljoen m3 aan fossiele brandstof, zijnde aardgas, bespaard.
Voor de opwekking van de warmte worden biogrondstoffen, en als backup worden aardgasgestookte cv ketels gebruikt. Jaarlijks worden deze middels een EMG (Energie besparende Maatregel op Gebiedsniveau voor warmtenetten) verklaring voorzien dat de duurzame energie installatie daadwerkelijk co2 vrije warmte hebben opgewekt. Deze verklaring wordt ingediend bij de RVO (raad voor Ondernemend Nederland) ingediend, goedgekeurd en vastgesteld. De EMG verklaring voor 2022 is voor de drie opwekkers (Bio Energie De Vallei BV, Bio Energie Ede BV en Bio Energie Ede Noord BV) van duurzame warmte in Ede afgegeven.
4.3 Emissies Duurzame Energie Installaties
In 2022 zijn wederom emissiemetingen uitgevoerd aan de ketels van Bio-Energie de Vallei, Bio-Energie Ede en Bio-Energie Noord waarbij alle resultaten van de metingen onder de emissiegrenswaarde uit het Activiteitenbesluit werden gerealiseerd. De metingen vormen een representatieve momentopname en worden uitgevoerd door onafhankelijke en geaccrediteerde meetbureaus. De gewogen gemiddelde resultaten van de metingen zijn per locatie onderstaand weergegeven.
In opdracht van de Omgevingsdienst de Vallei zijn door de Omgevingsdienst Regio Arnhem in het voorjaar van 2022 controle emissiemetingen uitgevoerd. De door Omgevingsdienst De Vallei uitgevoerde emissiemetingen voldeden niet aan het protocol wat geldt voor het doen van emissiemetingen en hebben daarom geen geldige meetrapporten opgeleverd. De uitkomsten van deze metingen zijn door Omgevingsdienst De Vallei niet aan het bedrijf bekend gemaakt en daarom zijn deze resultaten niet meegenomen in de hieronder weergeven meetresultaten.
Figuur 4.3.1: Emissies houtgestookte ketels Bio-Energie de Vallei (Dwarsweg):


Vermogen ketel 1 (in 2022) is 4,0 MWth, deze ketel is begin 2022 ontmanteld er zijn geen emissiemetingen uitgevoerd in de jaargang 2022. Vermogen van ketel 2 is 6,2 MWth. Ketels dienen te voldoen aan de emissie-eisen behorende bij het vermogen van de ketel. De grens ligt hierbij op <5,0 MWth.
Figuur 4.3.2: Emissies houtgestookte ketels Bio-Energie Ede (Geerweg). Vermogen van beide ketels is 3,7 MWth. Beide ketels hebben dezelfde emissie-eisen.


Figuur 4.3.3: Emissies houtgestookte ketels Bio-Energie Ede Noord(Knuttelweg). Vermogen van beide ketels is 3,7 MWth. Beide ketels hebben dezelfde emissie-eisen; meetjaar 2020.


Conclusie
Voor de toets of er wordt voldaan aan de emissie-eisen worden de ‘gemeten waarden’ van alle afzonderlijke uitgevoerde metingen per ketel, naast de eis (de emissiegrenswaarde) gelegd. Met trots kunnen we zeggen dat onze Duurzame Energie Installaties de emissiegrenswaarde niet overschrijden. De installaties voldoen aan de normen van het Activiteitenbesluit (artikel 3.10 Activiteitenbesluit Milieubeheer). En dat niet alleen, maar ook dat we ruimschoots voldoen aan alle de normen in de ons omringende landen. Ter illustratie wordt, in de volgende grafieken aangegeven hoe streng onze Nederlandse emissienormen zijn ten opzichte van de normen in de ons omringende landen. Daar waar ‘stof’ staat, moet gelezen worden ‘totaal stof ’.

Bronnen:
Emissie-eisen in Nederland voor hout gestookte installaties per 1-1-2015 (Activiteitenbesluit)
Emissie-eisen in België voor hout gestookte installaties per 19 december 2017 (Vlarem II -21-12-2017 )
Emissie-eisen Duitsland voor hout gestookte installaties per 13 juni 2019 (44. BlmScV)
Emissie-eisen Engeland voor hout gestookte installaties per 2015 (MCPD)
Het programma: Schoner dan fossiel
In 2022 is een begin gemaakt met het vervangen van de eerste ketelinstallatie aan de Dwarsweg te Ede. Onze houtgestookte ketelinstallaties presteren prima, maar we willen het nóg beter doen. Dit gegeven, samen met onze ervaringskennis, zorgt ervoor dat de ketel uit 2013 vervangen wordt door een installatie waarin al onze beste technieken worden gecombineerd.
De uitdaging is om een verbetering te kunnen realiseren door meer warmte terug te winnen en de warmte uit de rookgassen opnieuw te kunnen gebruiken. Dat, gecombineerd met de wens om heel veel lagere emissies voor NOx te willen realiseren, heeft geleid tot het samenbrengen van deze twee doelen door rookgastemperatuur terugwinning te combineren met de inzet en prestaties van emissiereinigende technieken. De doelstelling in het programma is om 10 mg/Nm3 NOx te hanteren als emissie-eis, met de terugwinning van warmte. Waarom heet het programma schoner dan fossiel? Een cv-ketel in een woning heeft een emissiegrenswaarde van 70 mg/Nm3, de nieuwste installaties hebben een emissieprestatie van 10 mg/Nm3, een factor 6 lager.
Dan is het resultaat: Schoner dan fossiel! Voor elke van de zes ketelinstallaties in Ede, is voor andere emissiereinigende technieken gekozen. Hierdoor is veel kennis verkregen over de beste combinaties om tot de meest efficiënte én schone ketelinstallatie te komen. Vergelijk het met een auto van een paar jaar oud. Er is niets mis met deze auto, maar vergeleken met de technieken in de nieuwe auto’s van vandaag, is er een wereld van verschil! En dan wil je toch een nieuwe. In 2022 is de eerste nieuwe ketelinstallatie afgemaakt, in werking gesteld en opgeleverd.
Hybride Installaties
Nadat de nieuwe houtgestookte ketelinstallatie aan de Dwarsweg is geplaatst, vervolgen we de komende jaren op die locatie en de locaties Bio-energie Ede en Bio-energie Ede Noord ons traject naar ‘Schoner dan Fossiel’. De volgende stap is een hybride installatie met een zeer hoog rendement en een bijzonder lage emissie. Dit gebeurt door de toevoeging van de slimme combinatie van zonnepanelen en warmtepompen aan de installaties. Zo kunnen de installaties straks 30% meer energie opwekken met dezelfde hoeveelheid briobrandstof.
Met het aansluiten van meer woningen, instellingen en bedrijven op het slim groen warmtenet neemt de emissie van verontreinigde stoffen naar de lucht af. De lucht in de Ede wordt daarmee schoner. Om de emissie nog verder te verminderen heeft Warmtebedrijf Ede, zonder dat daar op dit moment een wettelijke of contractuele verplichting toe bestaat, besloten om aanvullende maatregelen te treffen bij de Duurzame Energie Installaties in Ede. Deze maatregelen zullen leiden tot een emissiereductie van ten minste 25%, voor zowel NO als voor totaal stof, ten opzichte van de emissies van deze stoffen, zoals deze zijn gemeten in 2021 door SGS Nederland BV.
Bekijk de informatie-flyers en de 2D animatie: https://bio-energiedevallei.nl/hybride-installaties/
Immissies:
Naast wat er uit de schoorsteen komt (emissie), is ook onderzocht wat er zich daarvan ter hoogte van de naastgelegen woningen in de lucht bevindt (immissie). De Duurzame Energie Installaties zijn niet de enige bronnen die een bijdrage hebben op de ’totale immissie’ bij deze naastgelegen woningen. Denk bij andere bronnen aan immissies van de industrie, verkeer, (pluim-)vee en huishoudens (met gasketels/houtkachels etc).
Om na te gaan in welke mate onze duurzame energie installaties bijdragen aan de luchtkwaliteit in hun directe omgeving, zijn voor de twee installaties die zich bevinden nabij een woonwijk (Bio-Energie Ede aan de Geerweg en Bio-Energie Ede Noord aan de Knuttelweg) omgevings-luchtkwaliteitsonderzoeken uitgevoerd. Deze onderzoeken zijn uitgevoerd door onafhankelijk en geaccrediteerd meetbureau Peutz. Het onderzoek is uitgevoerd conform de Regeling “Beoordeling Lucht-kwaliteit 2007”. Het onderzoek richt zich op de direct omringende woningen in de omgeving rondom de installaties, omdat op grotere afstand de bijdrage van de installaties tot praktisch nul gereduceerd is.
In het onderzoek zijn de optredende concentraties stikstofdioxide (NOx), fijnstof (PM10/PM2,5) en zwaveldioxide (SO2) beschouwd. De immissies van deze componenten zijn bepaald aan de hand van de door SGS Nederland uitgevoerde emissiemetingen. Vervolgens is onderzoek naar de verspreiding van de genoemde componenten uitgevoerd met gevalideerde rekenprogramma’s. Voor de bepaling van de achtergrondconcentratie en emissiefactoren heeft Peutz volgens het meetprotocol gebruik gemaakt van “Generieke invoergegevens voor luchtkwaliteit”. Deze gegevens zijn verzameld en verstrekt door de Ministerie Infrastructuur en Waterstaat.
Conclusie immissies
Het onderzoek laat zien dat de jaargemiddelden van de diverse gemeten componenten ver onder de grenswaarden liggen. En dat de bijdrage van de Edese Duurzame Energie Installaties op het totale gemiddelde van meest nabij gelegen woningen (heel) erg klein is. Voor verderop gelegen woningen (en dus voor alle overige Edese woningen) geldt dat de bijdrage van de Duurzame Energie Installaties, op het totaal van reeds in de omgevingslucht aanwezige componenten, niet meer aanwezig is. De luchtkwaliteit van de omgeving nabij de installaties wordt, gemiddeld genomen, voornamelijk bepaald door de andere factoren in de omgeving, zoals industrie, verkeer, (pluim-)vee en huishoudens die nog gebruik maken van gasketels/houtketels etc.